Zingeving
De grote verhalen
Een belangrijke kenmerk van onze tijd is, dat de grote verhalen het niet meer doen: het vooruitgangsgeloof, het communisme, het liberalisme, het fascisme. We zijn postmodern geworden. De grote verhalen hebben afgedaan.
Eigenlijk is het vreemd om dit ‘de grote verhalen’ te noemen, want het zijn geen verhalen in eigenlijke zin: personages, gebeurtenissen en een plot ontbreken. Het zijn rationele ideeën-constructies. Maar ze kregen toch een tijdlang vat op mensen als waren het verhalen. Dwz men voelde zich aangesproken, liet zich meeslepen en verleiden tot geloof aan de beloofde gouden toekomst (vrijheid, welvaart, heilstaat) en het bijbehorende gedrag. Het werd een gedeelde ideologie maar het liep op een deceptie uit: twee wereldoorlogen, gaskamers, een derde wereld op grote achterstand, vrouwen en minderheden gediscrimineerd, de aarde geplunderd, milieu en natuur vervuild.
Tot ‘de grote verhalen’ kunnen we in Nederland ook rekenen de ideologie van de zuil waartoe je krachtens geboorte behoorde. Iemand die gereformeerd was, ging daar naar de kerk, club, catechisatie, deed belijdenis, trouwde met iemand uit eigen kring, liet er zijn kinderen dopen, stuurde ze naar de christelijke lagere school, las Trouw, was lid van de NCRV, het CNV, het gereformeerde zangkoor, stemde ARP en steunde de VU. Zo was er ook een liberale, sociale, hervormde, katholieke zuil. In elk van die zuilen waren zoveel mogelijk aspecten van het leven geregeld. Om de saamhorigheid te bewaren en macht te kunnen uitoefenen, moest men het over al die dingen eens zijn, dus hetzelfde geloven, oftewel verstandelijk aannemen.
Dat is allemaal (bijna) voorbij. De vele waarheden van het eigen gelijk werden niet langer geloofd. Men vond de eigen kring benauwend, hypocriet, vrouwonvriendelijk en kinderen waren er niet veilig. Men ontdekte veel moois en goeds bij mensen uit andere kringen. De welvaart maakte mensen minder afhankelijk van de eigen kring. Radio, TV, reizen openden nieuwe werelden.
De kleine verhalen
Omdat de grote verhalen zijn weggevallen, ligt er weinig meer vast. De ruimte om naar eigen idee je leven in te vullen is in de geschiedenis van de mensheid nog nooit zo groot geweest.
Dat is niet alleen maar positief. De keerzijde is, dat ieder mens zelf moet bedenken wie hij/zij is, wat hij van zijn leven maakt en waartoe hij op aarde is.
Een antwoord is des te moeilijker, omdat de moderne mens tal van rollen speelt. Iemand is partner, vader/moeder, collega op het werk, vrijwilliger op school, voetbalsupporter, vriend/vriendin voor intimi, verkeersdeelnemer, belegger op de beurs, milieubewust, eens in de vier jaar brengt hij zijn stem uit. Wie ben je dan, als je rollen voortdurend wisselen? Of besta je alleen (maar) in de interactie met anderen? Zit er wel een persoon achter al die verschillende maskers? En in je rol ben je ook veranderlijk: de ene keer voorzichtig in het verkeer, dan gehaast en soms agressief...
Trouwens volgend jaar kunnen de omstandigheden wel heel anders zijn: na een reorganisatie zonder werk, relatie op de klippen, gezondheid die het laat afweten...enz. Blijf je dan jezelf? Of hangt je identiteit af van de omstandigheden?
Dat je zelf verantwoordelijk bent voor wie je bent en wat je wilt worden, levert ook veel stress op. Als je niet gelukkig bent, kun je daar geen zuil of instelling de schuld van geven. Alleen maar jezelf: kennelijk heb je verkeerde keuzes gemaakt.
Geloof
In deze context krijgt geloof een heel andere functie dan vroeger. Toen was het je voegen in het grote verhaal van de nationale ideologie of (in Nederland) of van de zuil waartoe je behoorde. Instemmen met de overtuiging die daar heerste. Geloven als het erop nahouden van bepaalde opvattingen.
Nu moet iemand zelf bedenken wie hij is en wil / probeert te zijn, wat hij als zijn doel of bestemming kiest en dat aan zichzelf en anderen kunnen uitleggen. Is zijn leven een handvol fragmenten, evenveel als de maskers die hij draagt? Of is er een zelf, een persoon, iemand die probeert uit al die losse stukjes een geheel, een verhaal te maken? Pas als dat lukt, zal hij zin kunnen ervaren; niet als het bij losse fragmenten blijft. Dit zijn inzichten die ook gevolgen hebben voor het pastoraat. Veelzeggend is de titel van een pastoraal handboek: 'Zorg voor het Verhaal' (van R. Ganzevoort en J. Visser).
In die levenslange zoektocht kan hij zich nog wel spiegelen aan de kleine verhalen van andere mensen. Precies daar ziet de narratieve theologie de ruimte voor geloof en God. Want zouden bij de kleine verhalen voor zinzoekers ook de verhalen van Abraham, Mozes, David, Elia, Jezus kunnen horen? Zouden die een zin-openbarende kracht kunnen hebben en laten ‘zien’ wie hij ten diepste is, en wie hij kan en mag zijn? En uit die weldadige ervaring aanmoedigen om de weg van geestelijke groei te gaan?
Achtergronden
Afkortingen
Bijbelboeken > Register kolom 2 adhv = aan de hand van Afb = Afbeelding BGT = Bijbel in Gewone Taal BHS = Biblia Hebraica Stuttgartensie (Hebr. OT) bv = bij voorbeeld CGK = Christelijk Gereformeerde Kerk DL = Dordtse Leerregels GNT = Griekse Nieuwe Testament (Nestle-Aland) Gr = Grieks HCat = Heidelbergse Catechismus Hebr = Hebreeuws HTB = Het Boek HSV = Herziene Staten Vertaling Lat = Latijn LXX = Septuaginta (Griekse Vertaling vh OT; 250 - 50 vC) LV14 = Leidse Vertaling 1914 M = Meditatie (bv 1 Kor 13M = Meditatie over 1 Kor 13) NA - Nestle-Aland, 27-ste druk (Grieks NT) NB = Naardense Bijbel (P. Oussoren, 2004) NBG = Nederlands Bijbel Genootschap NBG51 = Bijbelvertaling van het NBG (1951) NBV21 = Nieuwe Bijbel Vertaling van het NBG (2021) nC = na Christus NGB = Nederlandse GeloofsBelijdenis NT = Nieuwe of tweede Testament OT = Oude of eerste Testament PKN = Protestantse Kerk Nederland Pr = Preek (bv Ps 84Pr = Preek over Psalm 84) RKK = Rooms Katholieke Kerk SV = Staten Vertaling TeNaCh = Torah+Nebiïm+Chetoebim v = volgende vers (bv Ps 1: 1v betekent Ps 1: 1 - 2) vv = volgende verzen (bv Ps 1: 1vv betekent Ps 1: 1 - 3) vC = voor Christus > = zie (bv > 2 betekent zie bij punt 2) |