Verleden, heden en toekomst (Luc - Hnd)
Heilsgeschiedenis
Lucas heeft zijn dubbelwerk van Evangelie + Handelingen gebouwd op een bijzondere visie op de geschiedenis. Hij deelt de geschiedenis niet in door te letten op de machthebbers, zoals wij van een Romeinse tijd, de republiek van de zeven verenigde Nederlanden, de Franse tijd of het Koninkrijk der Nederlanden spreken. Hij maakt ook niet een culturele indeling zoals wij die hebben: Middeleeuwen, Renaissance, Verlichting enz. Zijn gezichtspunt is theologisch. Hij let op God en zijn omgang met Israël en de mensen. Hij ziet hoe God door Jezus en de Geest de mensen redding brengt. Daarom is Lucas' opvatting wel 'Heilsgeschiedenis' genoemd.
In zijn inleiding Luc 1: 1 - 4 schrijft hij, dat hij een en ander zorgvuldig is nagegaan en in geregelde orde heeft te boek gesteld. De sleutel vinden we in
- Luc 16: 16 'De wet en de profeten gaan tot Johannes; sinds die tijd wordt het evangelie gepredikt van het Koninkrijk Gods en ieder dringt zich erin.'(NBV1951)
- Hnd 1: 8 '...en gij zult mijn getuigen zijn te Jeruzalem en in geheel Judea en Samaria en tot het uiterste der aarde.'(NBV1951
- de tijd van het Oude Testament, uitlopend op Johannes de Doper (Luc 1 - 3)
- het midden van de tijd: het optreden van Jezus (Luc 4 - 24 / Hnd 1)
Pas als Johannes is uitgewerkt omdat hij werd gevangen gezet (Luc 3: 18v), begint Jezus met zijn prediking van het nabij gekomen Koninkrijk.
De tijd van Jezus' optreden is de tijd dat Gods heil op aarde aanwezig is (vrede op aarde, Luc 2: 14). Maar dat heil wordt afgewezen en teruggenomen (vrede in de hemel, Luc 19: 38)
Het midden van de tijd wordt in drie delen verteld- de tijd in Galilea, het Noorden van Israël (Luc 4: 1 - 9: 51)
- het reisbericht van Jezus' tocht van Galilea naar Jericho, ingeleid door Luc 9: 51 waar staat 'En het geschiedde, toen de dagen van zijn opneming in vervulling gingen, dat Hij zijn aangezicht richtte om naar Jeruzalem te reizen (NBV1951)
Het in 'vervulling gaan' geeft aan dat er een goddelijk draaiboek aan ten grondslag ligt.
In dit tweede deel van zijn evangelie staan de drie lijdensaankondigingen
In Luc 17 uitspraken over het einde der tijden - de laatste dagen in Jeruzalem (Luc 19: 28 - 24: 53)
- Het tijdperk van de Geest, gekomen op de Pinksterdag (Hnd 2) ook weer in drieën:
- Jeruzalem (Hnd 1 - 7) vooral Petrus
- Judea en Samaria (Hnd 8 )
- tot aan de uitersten der aarde (Hnd 9 - 28) vooral Paulus
- Het einde der tijden stelt Lucas voor onbepaalde tijd uit, het komt vooral onverwacht (Luc 17 en 21)
terug
Achtergronden
Afkortingen
van de Bijbelboeken > Register (kolom 2) adhv = aan de hand van Afb = Afbeelding BGT = Bijbel in Gewone Taal BHS = Biblia Hebraica Stuttgartensie (Hebr. OT) bv = bij voorbeeld CGK = Christelijk Gereformeerde Kerk DL = Dordtse Leerregels GNB - Groot Nieuws Bijbel GNT = Griekse Nieuwe Testament (Nestle-Aland) Gr = Grieks HCat = Heidelbergse Catechismus Hebr = Hebreeuws HTB = Het Boek HSV = Herziene Staten Vertaling ID = Intelligent Design Lat = Latijn LuV = Lutherse Vertaling LV14 = Leidse Vertaling 1914 LXX = Septuaginta (Grieks OT; 250 - 50 vC) M = Meditatie (bv Mc 1:1M = Meditatie over Mc 1: 1) NA = Nestle-Aland, 27-ste druk (Grieks NT) NB = Naardense Bijbel (P. Oussoren, 2004) NBG = Nederlands Bijbel Genootschap NBG51 = Bijbelvertaling van het NBG (1951) NBV = Nieuwe Bijbel Vertaling (2004) NBV21 = Nieuwe Bijbel Vertaling van het NBG (2021) nC = na Christus NGB = Nederlandse GeloofsBelijdenis NT = Nieuwe of tweede Testament OT = Oude of eerste Testament PM = Post Modernisme PKN = Protestantse Kerk Nederland Pr = Preek (bv Ps 84Pr = Preek over Psalm 84) RKK = Rooms Katholieke Kerk SV = Staten Vertaling TeNaCh = Torah+Nebiïm+Chetoebim v = volgende vers (bv Ps 1: 1v betekent Ps 1: 1 - 2) vd = van de vv = volgende verzen (bv Ps 1: 1vv betekent Ps 1: 1 - 3) vC = voor Christus WV = Willibrord Vertaling X = Chiasme (kruisstelling) > = zie (bv > 2 betekent zie bij punt 2) // = synoniem parallellisme <> = antitthetisch parallellisme |