Ruth (achtergronden)
Een novelle
Het boekje Ruth heet naar de hoofdpersoon, een Moabitische vrouw die met haar schoonmoeder Naomi in Bethlehem aankomt. De gebeurtenissen spelen zich af in de tijd van de Richteren (1: 1). Om preciezer te zijn: twee generaties (Obed en Isaï) voor de geboorte van David die leefde van 1040 - 970 vC, dus ongeveer rond 1090 vC. De thematiek van gemengde huwelijken speelt ook in de tijd van Ezra en Nehemia.
Qua vorm is het een novelle (kort verhaal). De onbekende schrijver heeft er een literair meesterwerkje van gemaakt zoals bv uit het spiegelbeeldige (zie beneden) blijkt. Theologisch is het van belang omdat het over de gewone dingen van het leven gaat en hoe God daarbij betrokken is: door mensen die zich aan de Torah houden komt het heil tot stand.
Inhoud en indeling
We letten op tijd, plaats en de voornaamste personages en handelingen. De gebruikelijke indeling in vier hoofdstukken blijkt prima te voldoen.
Ruth 1
1: 1 - 5 Hoe Naomi met haar man Elimelech en twee zonen Machlon en Kiljon tijdens een hongersnood in Juda van Bethlehem (Hebr = broodhuis) naar Moab (land van de aartsvijand) gaat. Daar overlijdt al gauw haar man en ongeveer tien jaar later haar beiden zonen ook.
1: 6 - 19 a Naomi, de weduwe en schoonmoeder van Orpa en Ruth keert terug naar Bethlehem (6 - 10). Orpa gaat niet (11 - 14), Ruth gaat wel met haar mee terug (15 - 19a).
1: 19b - 22 De aankomst van Naomi en Ruth in Bethlehem, juist het begin van de gersteoogst. Naomi laat zich Mara noemen.
Ruth 2
2: 1 De verteller geeft ons belangrijke informatie over Boaz: een moedig en invloedrijk man, de eigenaar van de akker, hij is familie van Naomi en (lezen we in vers 20) heeft verplichtingen als ‘losser
2: 2 - 18a Een dag op de akker, Ruth en Boaz ontmoeten elkaar: tot de middag (2 -13), bij het middageten (14- 16), tot de avond naar huis (17 – 18a)
2: 18b – 22 Thuis, Ruth en Naomi
2: 23 Ruth werkt alle weken van de gerst- en tarweoogst op de akkers van Boaz (dit spoort niet helemaal met 3: 2)
Ruth 3
3: 1 - 6 Op een dag raadt Naomi Ruth aan, om Boaz ‘s nachts op te zoeken. Het is de tijd van dorsen en wannen van de gerst: het eind van de gerste-oogst, de oogst van de tarwe is dan ongeveer begonnen.
3: 7 - 14a Dat doet ze, samen brengen ze de nacht door op de dorsvloer. Boaz wil als losser optreden, maar vertelt dat er nog een ander familielid is, die daar meer voor in aanmerking komt.
3: 14b - 18 In de vroege ochtend gaan Boaz en Ruth elk naar hun eigen plek. Als Ruth terugkomt bij Naomi en verslag uitbrengt, weet haar schoonmoeder genoeg: Boaz zal als losser optreden.
Ruth 4
4: 1 - 12 Terwijl Ruth met Naomi praat, treft Boaz de andere losser (naam niet genoemd) in de stadspoort. Zij spreken af, met tien oudsten als getuigen, dat Boaz de verantwoordelijkheid voor Elimelech en dus ook voor Naomi en Ruth op zich neemt.
4: 13 - 17 Daarna (de volgende dag?) trouwen Ruth en Boaz en uit hun huwelijk wordt een kind geboren: Obed, die op zijn beurt vader van Isaï, de vader van David zou worden.
4: 18 - 21 Een geslachtregister van 10 generaties vormt de afsluiting van het boekje.
Gewoon en bijzonder
De gewone dingen van het leven komen aan de orde: rijkdom en armoede, ziekte en dood, het werk op het land, honger en oogst, de zorg voor elkaar, kinderloosheid en nageslacht.
We lezen opvallend genoeg niets over vrome dingen die mensen kunnen doen zoals bidden, offeren in de tempel of Jeruzalem bezoeken om Pesach te vieren. Evenmin horen we iets over religieuze ervaringen als visioenen, engelen of wonderen, en ook niets van God die het woord neemt en spreekt door een profeet of ziener. Miskotte gaf zijn boek over Ruth de titel 'Het gewone Leven'. Hij merkt daarbij wel op dat het boekje niet in die zin gewoon is, dat het plat is, seculier: zonder God, hemel of geloof. Voor de goede verstaander gaat het elke bladzij over God, zij het niet met zoveel woorden. In het verborgene werkt Hij door mensen en gebeurtenissen, zonder dat het opvalt.
En is het gewone, kalme leven van werken op de akkers en zorgen voor elkaar niet een weldaad, een zegen na de hectische tijden van ziekte, verdriet, en rouw, zorgen en hongersnood?
Queeste
De eerste zoektocht of queeste is die van Elimelech naar een betere toekomst voor zijn gezin. Die denkt hij in Moab te vinden. Maar na enig succes (ze zijn er welkom, hun zonen vinden vrouwen) slaat het noodlot toe. Hij sterft en zijn zonen ook.
Vanaf 1: 6 draait het om de problematiek van Naomi: man en zonen verloren, verdrietig, verbitterd is ze, arm en met grote zorgen om de toekomst. Ruth maakt dat tot haar queeste. Zij is de eigenlijke held van het verhaal. Het boekje draagt terecht haar naam. Zij waagt het met Naomi mee naar Bethelehem te gaan (1: 16v). Zal zij daar als Moabitische toekomst vinden? Dan neemt ze het initiatief om te gaan werken op het land (2: 2) en komt terug met een flinke hoeveelheid gerst en het verhaal dat ze Boaz ontmoet heeft. Dat geeft Naomi weer moed (2: 18b) en het is op haar aanraden dat Ruth de oogsttijd blijft werken op de akkers van Boaz. Daarmee is een hongerdood afgewend. Maar de speurtocht naar geluk gaat verder: er moet een thuis (een man, kinderen) voor Ruth komen. Naomi (3: 1v) bedenkt dat dat Boaz zou kunnen zijn en stelt voor dat Ruth met hem een nacht op de dorsvloer doorbrengt. Een hachelijk avontuur, maar Ruth waagt het erop en heeft succes: Boaz wil losser zijn en haar tot vrouw nemen.
Maar dan moet Boaz nog een moeilijkheid overwinnen (zijn queeste): een andere losser zover zien te krijgen dat Boaz de rol van losser van hem mag overnemen. Dat lukt. Ruth en Boaz krijgen een zoon. Zo is er weer toekomst voor Naomi: naam en land van haar man Elimelech zijn gered. Ze kan weer blij zijn.
Wetgeving
Om het verhaal te begrijpen moet je iets weten van de regels die de Torah (Gen - Deut) geeft om te zorgen voor familie voor familieleden die arm zijn geworden en/of geen nageslacht hebben:
- In Lev 23 vinden we het gebod om bij het oogsten niet alles van het land te halen, maar wat over te laten voor de armen. Dat komt in Ruth 2 naar voren.
- In de voorschriften over het zgn zwagerhuwelijk (Deut 25) is geregeld dat als een man overlijdt en zijn vrouw zonder kinderen achterblijft, zijn broer met de weduwe trouwt om voor nageslacht te zorgen, zodat de familienaam in stand blijft. Dit is het thema in Ruth 3 en 4. Echter: Boaz is niet een zwager van Ruth, maar een ver familielid. Hij hoeft deze plicht niet op zich te nemen.
- Er is ook nog het zgn losserschap (Lev 25). Dat regelt dat als iemand met grote schulden zichzelf als slaaf moest verkopen, of zijn akker en huis van de hand moest doen, diens familie hem en/of zijn bezit kon terugkopen. In het boekje Ruth is er trouwens geen sprake van terugkopen. Boaz voorkomt dat het land van Naomi in vreemde handen overgaat.
- Dan is er nog het verbod op gemengde huwelijken. In Deut 23: 3 lezen we '
Ook bastaards en hun nakomelingen tot in het tiende geslacht wordt de toegang ontzegd. ' (NBV21). Een gebod dat lang niet altijd werd nageleefd (bv koning Salomo). Na de ballingschap - wordt dit een actueel thema. Ezra en Nehemia verbieden dan huwelijken met buitenlandse vrouwen en laten hen met hun kinderen terugsturen. (Ezra 9 en 10) Nehemia actualiseert het gebod van Deut 23: 3.
Personages
Wie zijn de belangrijkste spelers in het verhaal, hoe worden zij omschreven, wat betekenen hun namen?
De HEER
Dat is de Naam van Israëls God van het Verbond en betekent ‘Ik ben die ik ben, Ik zal er zijn’. Ruth als buitenlandse noemt Hem wat neutraler God (1: 16). Naomi, verbitterd als ze is, noemt Hem de Ontzagwekkende (1: 20v).
Op de meeste plaatsen zijn het mensen die de HEER ter sprake brengen. Vaak om elkaar te groeten (bv 2: 4), een zegen (bv 1: 12) toe te wensen of bij het zweren van een eed (1: 17 en 3: 13). Daarin heeft de HEER dus alleen een passieve rol.
De verteller laat de HEER nauwelijks handelend optreden. Eigenlijk alleen in 4: 13 (laat zwanger worden) en in 1: 6 waar Naomi van niet nader genoemde mensen hoort, dat de Heer het volk weer brood heeft gegeven.
Een paar verzen verder klaagt ze, dat Hij zich tegen haar heeft gekeerd (1: 13. 20) en haar lot heeft bitter gemaakt (1: 20), door haar met lege handen naar Bethlehem terug te doen keren en haar kwaad heeft gedaan (1: 21).
De schrijver spreekt haar bittere klacht niet tegen, ook niet via zijn personages, maar hij bevestigt die ook niet. Echter, hij schrijft wel positieve dingen - oogst en zwangerschap - toe aan God. De lezer vraagt zich af of God misschien het zo geleid heeft
dat Ruth toevallig (2: 3) op de akkers van Boaz komt, en ook waarom Boaz ongehuwd was gebleven, en waarom het onderhandelen van Boaz met de onbekende losser zo makkelijk naar wens verloopt (4: 1- 12).
Naomi
Haar naam betekent lieflijke, gelukkige. Maar als ze haar man Elimelech en zonen Machlon en Kiljon aan de dood heeft verloren en berooid naar Bethlehem terugkeert noemt ze zich Mara, dat is bitterheid (1: 20). Na de geboorte van Obed spreken ‘de vrouwen’ van levensvreugde die terugkomt. Ze heet ook geregeld schoonmoeder (bv 1:14), en een enkele keer vrouw (1: 1 - 5).
Ruth
Haar naam betekent vriendschap of vriendin. Vaak wordt gezegd dat ze een Moabitische is (1:4. 22; 2: 2. 16. 21 en 4: 5. 10), een vreemdeling (2: 11). Ze is met een zoon van Naomi getrouwd: Machlon (4: 10). Als hij gestorven is, gaat ze met haar schoonmoeder Naomi mee naar Bethlehem, weg uit stad en land, weg van haar familie. Een stap even ingrijpend als ooit Abram (Gen 12). Naomi noemt haar vaak ‘mijn dochter’ (bv 1:11), Boaz doet dat ook (3; 10v). Hier en daar heet zij schoondochter (1: 6. 22; 4: 15), een vrouw (3: 8. 11; 4: 10. 11. 12. 13), de weduwe (4: 15)
Boaz
Zijn naam betekent in hem is kracht, of scherp verstand. Dus het tegenovergestelde van Machlon en Kiljon. Boaz is familie van Elimelech (2:1, 3: 2) een naaste verwant (2: 20) die dus verplichtingen heeft tav Naomi. Hij is een moedig en invloedrijk man (2: 1), de eigenaar van de akkers waar Ruth aren verzamelt (2: 19) en die haar zo goed behandeld heeft (2: 19). Ruth noemt hem mijn heer (2: 13). Hij is een afstammeling van Peres, de zevende generatie (4: 18vv).
Mat vermeldt in het geslachtsregister van Jezus dat Boaz een zoon is van Salmon en Rachab (Mat 1: 4v), de hoer die de verspieders onderdak bood (Joz 2 en 6). Mat zal zich gebaseerd hebben op het geslachtsregister van de stam Juda in 1 Kron 2: 10vv waar wel Salmon, maar niet Rachab genoemd wordt. De schrijver van Ruth vermeldt deze dingen niet: veronderstelde hij deze dingen bij zijn lezers bekend? Verzweeg hij met opzet deze dingen, of wist hij er niet van? Mijn uitgangspunt voor het uitleggen is om te blijven bij de tekst zoals we die hebben en er zo weinig mogelijk dingen uit andere bronnen bij betrekken, omdat dan het einde al gauw zoek is.
Bijrollen zijn er voor:
Elimelech (mijn God is koning), de man van Naomi. Ze hebben twee zonen Machlon (ziekte) en Kiljon (zwakheid, vergankelijkheid). Hun namen betekenen het tegenovergestelde van Boaz. Deze Joodse mannen sterven alle drie in Moab, kinderloos. Hun vrouwen heten Ruth (vriendschap) resp Orpa. (weerbarstig) Als Naomi terug reist naar Bethlehem, gaat Ruth met haar mee, Orpa besluit bij nader inzien in Moab te blijven.
Maaiers op het land (2: 4 - 7), zij geven hoog op van Ruth. Boaz noemt ze 'mijn mannen'. Zij mogen Ruth niet lastig vallen (2: 9) en moeten juist wat extra aren laten liggen (2: 15). Er zijn ook nog vrouwen die voor Boaz werken (2: 8)
De andere losser. Zijn naam is niet van belang (4: 1) heeft de eerste rechten op het land van Elimelech. Hij voelt daar wel voor, maar als Boaz hem duidelijk maakt dat hij dan ook Ruth moet huwen, wil hij zijn verantwoordelijkheid niet nemen.
Obed (dienaar) is het kind van Ruth en Boaz, de vader van Isaï, de grootvader van David. David hoort dus bij de tiende generatie van het geslacht Peres.
Een aantal vrouwen die Naomi beklagen als ze in Bethlehem terugkeert (1: 19vv), maar haar gelukwensen als Obed is geboren (4: 14vv). In 4: 17 is sprake van buurvrouwen die het kind de naam Obed geven.
Tien stadsoudsten (mannen) (4: 2. 11)
Vrouwen:
Bijzonder is de grote rol van vrouwen, ihb van Ruth en Naomi. Ze gedragen zich niet als hulpeloze slachtoffers, maar doen – binnen de regels van de Torah - wat ze kunnen om armoede en kinderloosheid te boven te komen. En dat lukt: de zachte krachten winnen. Verder zijn er de maaisters op het land en de vrouwen in 1: 20 en 4: 14v die als een koor bij een klassiek drama duiden wat er gebeurt.
Een eenheid
Is het werk een eenheid? Opvallend is 4: 7v over het gebruik van een sandaal bij het rechtsgeldig maken van een koop of ruil. Deze woorden worden ingeleid met 'als vroeger...' De schrijver richt zich hier tot de lezers (zgn schrijverstekst) en geeft uitleg over een gebruik waarvan hij meent dat het onbekend is voor zijn lezers. Schrijverstekst vinden we ook in 2: 1 waar de auteur de lezer vooraf informeert dat Boaz een verwant is van Elimelech. Bij onderzoekers die op zoek gaan naar bronnen en toevoegingen wekken zulke gedeeltes gemakkelijk de indruk latere toevoegingen te zijn. Maar literair gezien is daar geen reden voor. Want waarom zou de auteur deze verzen niet van meet af aan in zijn boekje hebben opgenomen? Voor 2: 1 ligt dat voor de hand: deze woorden maken het verhaal spannender: de lezer weet nu iets, wat Ruth terwijl ze aren leest nog niet weet. Er ontstaat spanning bij de lezer: zou de familieband bekend worden? Zal Ruth de naam Boaz noemen als ze weer thuis is? Weet Naomi van dit verre familielid? Zal Boaz 'de reddende engel' zijn voor Naomi en Ruth? Dat hoop je als lezer, want de beide vrouwen zijn je ondertussen sympathiek geworden. Voor 4: 7v geldt dat de schrijver het 'sandaal-gebeuren' ook onvermeld had kunnen laten. Maar door het wel te noemen, krijgt de lezer de indruk dat het inderdaad om een oud verhaal, uit de tijd van de Richteren gaat (1: 1) gaat met gewoontes die niet meer in gebruik zijn. Ook hier heeft het dus een literaire functie.
Tenslotte is wel voorgesteld om in 4: 17 het oorspronkelijke slotvers te zien. Dat lijkt een logische afsluiting van het boekje. In dat geval is het geslachtsregister van Peres tot David in 4: 18vv (ook al schrijverstekst) van later datum. Daarin gaat het inhoudelijk om wat anders: het belang van Boaz en Obed voor het koningshuis. Maar Peres wordt ook al in 4: 12 genoemd. Bovendien verklaren deze verzen dat Boaz een moedig en invloedrijk man is (2: 1) en chesed heeft (2:10). Hij stamt immers af van Peres (4: 18). Dat wijst erop dat deze verzen van meet af aan bij het boekje gehoord hebben. Kortom er zijn geen doorslaggevende redenen om het boekje Ruth niet als een literaire eenheid te beschouwen.
Datering
Het verhaal speelt zich af in het begin van de elfde eeuw v C, maar over de vraag wanneer het is opgeschreven lopen de meningen1 uiteen. Traditioneel is een datering rond 1.000 v C (kort na de gebeurtenissen), maar steeds vaker meent men dat het veel later geschreven is, in de tijd na de ballingschap. E. van Wolde laat zien hoe een vroege datering een heel andere interpretatie oplevert dan een late.2 Gezien het volgende houd ik het op een tijd na de ballingschap.
Allerlei bepalingen van de Torah (Gen - Deut) zijn terug te vinden in Ruth. Dat veronderstelt dat de tekst van de Torah min of meer vast ligt. Dat is na de ballingschap. Dat wordt ondersteund door verwantschap met andere teksten uit die tijd, zoals Jes, Jer en Klgld. Net als in Ruth wordt bv in Jesaja gesproken over God die losser is van zijn volk Israël. Daarbij zijn soms opvallende overeenkomsten, bv de bekende tekst '
Spiegelbeeld (Overgenomen en aangepast van het NBV.)
Er zijn opvallende overeenkomsten en contrasten tussen Ruth 1 en Ruth 4
Ruth 1 | Ruth 4 | |
Vooraf | De mannen sterven ( 1: 1 - 15), geen nageslacht | ----- (zie hieronder bij achteraf) |
Plaats | Bethlehem - Moab - Bethlehem | Poort van Bethlehem |
Hoofdpersoon | Naomi (of Ruth) zijn omringd door vrouwen: Orpa, Ruth (of Naomi) en vrouwen van Bethlehem | Boaz, omringd door mannen: een andere losser en tien oudsten van de stad |
Orpa wil aanvankelijk mee, maar bedenkt zich | De andere losser wil aanvankelijk wel, maar bedenkt zich | |
Hoogtepunt | Ruth blijft bij Naomi | Boaz kiest voor Naomi en Ruth |
Kernwoord | Terugkeren | Lossen |
God | Geeft brood (1: 6) | Geeft zwangerschap (4: 13) |
Vrouwen van Bethlehem beklagen Naomi | Vrouwen van Bethlehem prijzen Naomi gelukkig | |
Naomi | Is bitter (1: 20) | Levensvreugde voor Naomi (4: 15) |
Achteraf | ----- (zie hierboven bij vooraf) | Nageslacht (4: 13 - 22). uitlopend op David (met zijn naam eindigt dit boekje) |
Hetzelfde geldt voor Ruth 2 en Ruth 3
Ruth 2 | Ruth 3 | |
Tijd en plaats | Op het veld, zolang het licht is, openbaar (2: 7. 17) | Op de dorsvloer, in de nacht, heimelijk (3: 2. 14) |
Initiatief | Ruth, Naomi stemt in (2: 2) | Naomi, Ruth stemt in (3: 1 - 5) |
Hoogtepunt | Boaz spreekt Ruth aan (2: 8vv) over schuilen onder de vleugels van God (2: 12) |
Ruth spreekt Boaz aan over schuilen bij Boaz |
Kernwoord | Aren lezen | Zich neerleggen |
Motieven | Boaz is een moedige man (2: 1) Hij staat in verband met de trouw (Hebr chesed) van de HEER (2:10) Boaz de gezegende (2:20) |
Ruth is een moedige vrouw (3: 1) Ze wordt door Boaz trouw (chesed) genoemd (3: 10) Ruth de gezegende (3: 10) |
Afloop | Ruth komt thuis met een efa gerst (2: 17) Naomi en Ruth praten over Boaz |
Ruth komt thuis met zes maten gerst (3: 1) Naomi en Ruth praten over Boaz |
Vorm en inhoud
Je zou het een gespiegelde opbouw kunnen noemen. Het is een vorm of structuur die goed past bij de inhoud van het boekje: mensen en situaties veranderen nogal eens in het omgekeerde:
- Naomi gaat van Juda naar Moab, terug naar Juda.
- Ze verandert van bitter naar vreugde.
- Ze zegt dat ze Ruth niets te bieden heeft, maar uiteindelijk is het Ruth die haar alles te bieden heeft.
- Orpa keert terug naar Moab.
- De anonieme losser keert terug in de vrijblijvendheid van zijn oude leven.
- Even anoniem is eerst Ruth: ze wordt door de vrouwen niet opgemerkt als ze met Naomi in Bethlehem komt (1: 20v), maar op het eind prijzen ze Naomi gelukkig met zo'n schoondochter.
- Op de akker noemt Ruth zichzelf een vreemdeling, maar Boaz ziet haar als familie (mijn dochter).
Wie niet veranderen zijn Ruth en Boaz. Beiden zijn mensen met chesed: Ruth maakt waar wat ze 1:16v zegt en blijft in voor- en tegenspoed bij Naomi. Boaz doet wat hij moet doen voor Ruth, Naomi en Elimelech. Dat het riskant is en offers vraagt weerhoudt hen niet.
Bedoeling
Wat wil het boekje de lezers meegeven en bij hen uitwerken? Een greep uit een veelheid van opvattingen.3
- Is het gewoon een romantisch verhaal uit een ver verleden?
- Een simpel na regen komt zonneschijn verhaal? (Gunkel)
- Wil het de ogen openen voor Gods verborgen werkzaamheid, leiding, voorzienigheid in de loop van weinig spectaculaire gebeurtenissen en in de levens van gewone mensen? (bv Miskotte)
- Wilde het de Joodse lezers meegeven dat je beter niet naar Moab, of naar het buitenland in het algemeen kunt emigreren, maar dat je heil en toekomst binnen het land Israël moet zoeken? (bv P van der Lugt en oude Joodse uitleg in de zgn Targoem)
- Wilde het duidelijk maken, dat een buitenlandse vrouw als Ruth toch echt een plek verdient in het Joodse volk? Dan is het tegen de politiek van Ezra en Nehemia gericht. (bv Welbedacht). Was Ruth er niet geweest, was koning David er niet geweest. (bv Lacocque)
- In de klassieke kerk werd het boekje allegorisch en typologisch uitgelegd: Ruth staat met haar belijdenis (1: 16v) voor de kerk; de eerste losser zou een beeld zijn voor Johannes de Doper, Boaz symboliseert Christus.
- Vanwege de grote rol van vrouwen zien feministische uitleggers er een kritiek op de mannelijke, patriarchale samenleving in.
- Korpel4 meent dat het een boekje van hoop en verwachting is, bedoeld om de Joden die teleurgesteld teruggekeerd waren naar Juda en Jeruzalem een hart onder de riem te steken. Daarmee heeft het ook een diepere betekenis: het lossen dat Boaz doet en zijn huwelijk met Ruth symboliseert dat God Sion zou lossen en opnieuw zou trouwen, zoals Jesaja profeteerde.
In de Canon
In de Joodse Bijbel, de TeNaCh wordt het boekje niet tot de kern (Torah) of tot de profeten (Nebiïm) gerekend, maar tot de Chetoebim oftewel geschriften. Dat zal wel zijn omdat het boekje Ruth zo 'gewoon' is. Binnen de Chetoebim geldt het dan wel als een van de vijf feestrollen. Het verhaal speelt zich af in de oogsttijd en daarom leest de synagoge het op het Wekenfeest, dat het feest van de tarweoogst is, zeven weken na Pesach. Op dat feest viert men de wetgeving op de Sinaï en daar horen ook de genoemde sociale aanwijzingen (Lev 23 en 25 en Deut 25) bij die voor de thematiek van Ruth zo belangrijk zijn.
De kerk plaatste de boeken van de TeNaCh in een andere, historische volgorde. Voor het boekje Ruth, dat in de tijd van de Richteren speelt (Ruth 1: 1) betekent dit dat het na Richteren en voor Samuël is te vinden.
In het NT zijn geen citaten uit of toespelingen op teksten uit het boekje Ruth te vinden. Wel wordt de persoon Ruth met drie andere vrouwen van buiten Israël genoemd in het geslachtsregister van Jezus. Zij laten zien dat de andere volken (gojiem) deel krijgen aan het evangelie.
-------
1 Uiteraard zijn er ook andere opvattingen. Traditioneel is een datering in de tijd van David (1000 v). Zenger en Diebner daarentegen denken aan de jaren na 150 vC! Een en ander staat natuurlijk ook in verband met wat men voor de bedoeling (zie hierboven) van het boekje Ruth houdt en of men het als een eenheid ziet, of als een boekje met een oude kern en jongere toevoegingen. Dit zijn allemaal theorieën die het boekje Ruth proberen te verklaren als historisch literair produkt. Persoonlijk vind ik verklaren hoe en wanneer een tekst ontstaan is heel wat anders dan een uitleg en interpretatie van die tekst. (> uitlegkunde).
2 In Ruth en Noömi, twee vreemdgangers, Baarn 1993. p. 132-135 resp 135 -139.
3 M. Korpel, artikel op site NBV en Deurloo / van Duin, Beter dan zeven Zonen p.120 - 158
4 M. Korpel, artikel op site NBV
Achtergronden
Afkortingen
van de Bijbelboeken > Register (kolom 2) adhv = aan de hand van Afb = Afbeelding BGT = Bijbel in Gewone Taal BHS = Biblia Hebraica Stuttgartensie (Hebr. OT) bv = bij voorbeeld CGK = Christelijk Gereformeerde Kerk DL = Dordtse Leerregels eva = en vele anderen GNB - Groot Nieuws Bijbel GNT = Griekse Nieuwe Testament (Nestle-Aland) Gr = Grieks HCat = Heidelbergse Catechismus Hebr = Hebreeuws HTB = Het Boek HSV = Herziene Staten Vertaling ID = Intelligent Design Lat = Latijn LuV = Lutherse Vertaling LV14 = Leidse Vertaling 1914 LXX = Septuaginta (Grieks OT; 250 - 50 vC) M = Meditatie (bv Mc 1:1M = Meditatie over Mc 1: 1) NA = Nestle-Aland, 27-ste druk (Grieks NT) NB = Naardense Bijbel (P. Oussoren, 2004) NBG = Nederlands Bijbel Genootschap NBG51 = Bijbelvertaling van het NBG (1951) NBV = Nieuwe Bijbel Vertaling (2004) NBV21 = Nieuwe Bijbel Vertaling van het NBG (2021) nC = na Christus NGB = Nederlandse GeloofsBelijdenis NT = Nieuwe of tweede Testament OT = Oude of eerste Testament PM = Post Modernisme PKN = Protestantse Kerk Nederland Pr = Preek (bv Ps 84Pr = Preek over Psalm 84) Q = Quelle, bron van uitsrpaken van Jezus RKK = Rooms Katholieke Kerk SV = Staten Vertaling TeNaCh = Torah+Nebiïm+Chetoebim v = volgende vers (bv Ps 1: 1v betekent Ps 1: 1 - 2) vd = van de vv = volgende verzen (bv Ps 1: 1vv betekent Ps 1: 1 - 3) vC = voor Christus WV = Willibrord Vertaling X = Chiasme (kruisstelling) > = zie (bv > 2 betekent zie bij punt 2) // = synoniem parallellisme <> = antitthetisch parallellisme |