Tien


Het zal met het aantal vingers te maken hebben, dat tien het getal van de volledigheid is geworden.1

Voorbeelden
In de Bijbel vinden we vele voorbeelden van tien met de symboliek van volmaaktheid, perfectie:

  • Er zijn tien geboden (Ex 20, Deut 5)
  • De geslachtsregisters vermelden vaak tien generaties
    • Adam – Noach (Gen 5)
    • Sem – Abram (Gen 11)
    • Peres – David (Ruth 4)
  • Tien maal werd Abram beproefd
  • Tien maal heeft het volk God verzocht (Num 14: 21 - 23). Dat wil zeggen: de maat is vol.
    Vgl Jakob in Gen 31: 7 en Job in Job 19: 3 en Daniël in Dan 1: 20.
  • Verbanning tot in het tiende geslacht (Deut 23: 20) is een uitsluiting voor altijd.
  • De tien plagen over Egypte symboliseren het totaal van Gods straffende gerechtigheid.
  • De tien bruiloftsmeisjes staan voor het geheel van de bruiloftsgasten (Mat 25: 1 - 13)
  • De tienden van de oogst offeren betekenen dat de tempelganger zijn totale bezit aan God geeft.
  • De tien drachmen of schellingen van de vrouw staan voor alles wat zij heeft (Luc 15: 8)
  • Bij tien rechtvaardigen zouden Sodom en Gomorra niet zijn verwoest (Gen 18: 32)

Tien = zeven
Waar tien staat, zou ook zeven kunnen staan. De getallen zijn haast synoniem. In Ruth 4: 15 zeggen de vrouwen tegen Naömi dat Ruth meer waard is dan zeven zonen. In 1 Sam 1: 8 troost Elkana zijn kinderloze vrouw Hanna met ‘Beteken ik niet meer voor je dan tien zonen?’
In Rom 8: 31vv noemt Paulus eerst zeven gevaren voor het geloof, daarna tien bedreigende machten. Omvattender kan hij de duivelse machten niet aanduiden. En boven die alle uit gaat Christus, onze Heer.
De combinatie van zeven en tien komen we al in Gen 1 tegen: er zijn zeven scheppingsdagen en tien keer staat er 'en God zei': alle tijd en alle dingen zijn van God.

Tien = honderd
In deze betekenis is tien ook identiek met honderd, bv ‘Een zondaar kan wel honderdmaal kwaad doen en toch vele jaren leven’. (Pred 8: 12 NBV21). Daar had ook tienmaal kunnen staan. Evenzo Spr 17: 10 en Gen 26: 12.

Tijd
In tijdsaanduidingen betekent tien dagen een afgeronde, begrensde tijdsruimte. Een grote week, een derde van een maand. Niet te lang, niet te kort. Tien jaar echter geldt als een vrij lange afgeronde periode. Een hele tijd. Als een huwelijk zo lang zonder kinderen gebleven is, mag een man een andere vrouw zoeken. Zo Abram (Gen 16).

Na de Bijbel:

  • Bij de sekte van de Essenen in Qumran zijn minstens tien mannen nodig voor een samenkomst in de synagoge.
  • Dat vinden we ook in de Rabbijnse traditie.
  • In de kerk is volop gefantaseerd over tien, meestal weergegeven met het Romeinse cijfer X.
    Daarin zag men twee kruisende lijnen: het kruis van Christus.
    En in het Grieks is dezelfde X de letter chi waarmee de titel Christus begint.

1 Met dank aan Snijders, De Getallen in de Bijbel en hun Verhaal.
terug

Achtergronden


Artikelen over:
Geloof Kennis en Openbaring
Bijbel
Iets, God, opnieuw God
Israël, Volken, Christenen
Oude Tijd, Nieuwe Tijd
Oude Mens, Nieuwe Mens
Jezus
Passio, Pasen, Pinksteren

Kerk anno nu oa pastoraat en liturgie

Theologische Stromingen
Theologische Begrippen

 
 

Afkortingen


van de Bijbelboeken > Register (kolom 2)

adhv = aan de hand van
Afb = Afbeelding
BGT = Bijbel in Gewone Taal
BHS = Biblia Hebraica Stuttgartensie (Hebr. OT)
bv = bij voorbeeld
CGK = Christelijk Gereformeerde Kerk
DL = Dordtse Leerregels
GNB - Groot Nieuws Bijbel
GNT = Griekse Nieuwe Testament (Nestle-Aland)
Gr = Grieks
HCat = Heidelbergse Catechismus
Hebr = Hebreeuws
HTB = Het Boek
HSV = Herziene  Staten Vertaling
ID = Intelligent Design
Lat = Latijn
LuV = Lutherse Vertaling
LV14 = Leidse Vertaling 1914
LXX = Septuaginta (Grieks OT; 250 - 50 vC)
M = Meditatie (bv Mc 1:1M = Meditatie over Mc 1: 1)
NA = Nestle-Aland, 27-ste druk (Grieks NT)
NB = Naardense Bijbel (P. Oussoren, 2004)
NBG = Nederlands Bijbel Genootschap
NBG51 = Bijbelvertaling van het NBG (1951)
NBV = Nieuwe Bijbel Vertaling (2004)
NBV21 = Nieuwe Bijbel Vertaling van het NBG (2021)
nC = na Christus
NGB = Nederlandse GeloofsBelijdenis
NT = Nieuwe of tweede Testament
OT = Oude of eerste Testament
PM = Post Modernisme
PKN = Protestantse Kerk Nederland
Pr = Preek (bv Ps 84Pr = Preek over Psalm 84)
RKK = Rooms Katholieke Kerk
SV = Staten Vertaling
TeNaCh = Torah+Nebiïm+Chetoebim
v = volgende vers (bv Ps 1: 1v betekent Ps 1: 1 - 2)
vd = van de
vv = volgende  verzen (bv Ps 1: 1vv betekent Ps 1: 1 - 3)
vC =  voor Christus

WV = Willibrord Vertaling
X = Chiasme (kruisstelling)
> = zie (bv > 2 betekent zie bij punt 2)
// = synoniem parallellisme
<> = antitthetisch parallellisme