Intro
God spreekt tot mensen, Hij handelt in de geschiedenis: Dat zijn menselijke woorden en beelden voor God die zich 'openbaart'. Is het meer dan menselijke verbeelding? Zo ja, hoe en wat is dat dan? Of hebben we de Openbaring alleen als verbeelding?
Alleen verhalen?
Het ligt voor de hand dat Narratieve theologie zich vooral met de Bijbelse verhalen bezig houdt. Maar de Bijbel bevat ook: profetische geschriften (Jesaja, Jeremia enz), wijsheidsliteratuur (bv Prediker), poëzie (Psalmen) en brieven (vooral van Paulus). Wat is hun betekenis volgens de narratieve theologie?
Inhoud vd Openbaring
Moeten we in de Bijbel op zoek gaan naar bovennatuurlijke waarheden? Zo doen de typologie, allegorese en alle vormen van biblicisme. Of gaat het om wat er echt op aarde gebeurd is, zo volgens de historisch kritische benadering. Of is het de bedoeling dat de verhalen iets teweegbrengen bij de lezers/hoorders? (iets uitwerken)
Afkortingen
Bijbelboeken > Register kolom 2adhv = aan de hand van
Afb = Afbeelding
BGT = Bijbel in Gewone Taal
BHS = Biblia Hebraica Stuttgartensie (Hebr. OT)
DL = Dordtse Leerregels
GNT = Griekse Nieuwe Testament (Nestle-Aland)
Gr = Grieks
HCat = Heidelbergse Catechismus
Hebr = Hebreeuws
HTB = Het Boek
HSV = Herziene Staten Vertaling
Lat = Latijn
LXX = Septuaginta (Griekse Vertaling vh OT; 250 - 50 vC)
LV14 = Leidse Vertaling 1914
NA - Nestle-Aland, 27-ste druk (Grieks NT)
NB = Naardense Bijbel (P. Oussoren, 2004)
NBG = Nederlands Bijbel Genootschap
NBG51 = Bijbelvertaling van het NBG (1951)
NBV21 = Nieuwe Bijbel Vertaling van het NBG (2021)
nC = na Christus
NGB = Nederlandse GeloofsBelijdenis
NT = Nieuwe of tweede Testament
OT = Oude of eerste Testament
PKN = Protestantse Kerk Nederland
RKK = Rooms Katholieke Kerk
SV = Staten Vertaling
TeNaCh = Torah+Nebiïm+Chetoebim
vC = voor Christus