Kenmerken
Kenmerken van de Narratieve Theologie (zoals ik me die voorstel).
Narratio
Het Latijnse narratio betekent 'het vertellen' en 'het verhaal', narrator is 'de verteller' en narro is 'verhalen', 'vertellen' en algemener 'zeggen', 'praten'. In combinatie met theologie betekent het verhalende of vertellende theologie.1 Maar met narratieve theologie bedoelen we wat anders dan een beetje meer aandacht voor de vertel- en dichtkunst van de bijbel. Dat vind je in de traditionele theologie ook wel. Met narratieve theologie bedoelen we die theologische stroming die stelt dat we voor het onzegbare (God) geen geschikte menselijke woorden hebben. Wat wel kan is verhalen, gelijkenissen, symbolen, poëzie vertellen waarin we tussen de regels door een vermoeden krijgen van God2.
Geen systeem
De onderliggende gedachte is dat je over God niet kunt denken als was Hij een zijnde of een object. Met God onderhoudt men nu eenmaal geen afstandelijke, objectiverende, zakelijke relaties (ik - Het). Daarom valt Hij niet in descriptieve, wetenschappelijke taal te beschrijven. Traditionele systematische theologie3 slaat om die reden de plank mis, vooral in de eerste hoofdstukken die over geloof en kennis, openbaring en ervaring en het Godsbegrip handelen. Het heeft dan meer van filosofie, abstract en speculatief, een schuiven met begrippen als was het een schaakspel.
Voor zover theologie als reflectie (fidea quae) op geloof (fides qua) mogelijk is, komt ze voort uit de hartstochtelijke ik - Gij relatie waarin het geloven zich afspeelt. Theologie is bezinning op lofprijzing, dankgebed, smeking, geloofszekerheid en twijfel, vertrouwen en verwarring enz.4 Meer over geen systeem; klik hier.
Negatieve theologie?
Zo lijkt de narratieve theologie op het eerste gezicht wel wat op de klassieke negatieve (apofatische) theologie. Daarvan zijn de uitgangspunten:
- dat het wezen van God van een volstrekt andere ontologische orde is dan al het andere. God zou het pure zijn zijn - het zijn zelf, dat alle zijnden aanzijn verleent en als zodanig die alle transcendeert.
- deze God is niet door het menselijk verstand te bevatten
- daarom schiet de menselijke taal over God tekort
- en kan men alleen in dubbele ontkenningen iets over God zeggen: Hij is bv niet tijdelijk en niet eeuwig, niet ergens en niet nergens is enz.
- de narratieve theologie weet niets van het pure zijn, het wezen van God. Zij is niet geïnteresseerd in God op zichzelf. Zij vat Zijn transcendentie op als garantie dat Hij ongrijpbaar en niet te manipuleren is. Hij blijft zichzelf, de God van Jezus. Als zodanig is Hij in het verborgene erbij. Meer over God als de Verborgene: klik hier
- God is inderdaad niet te bevatten in een ik - Het verhouding, maar wel te kennen (liefde) in een ik - Gij relatie
- in verhalen, gelijkenissen en gedichten kan wel degelijk iets van God meekomen
- zinnen met dubbele ontkenningen zijn zonder betekenis: ze voegen niets toe aan wat je al weet
De narratieve theologie houdt een dogmatisch geloofssysteem voor onmogelijk en ongepast. Het heeft dan ook kritiek op alle theologische systemen die er in de loop van de tijd ontwikkeld zijn. Het meent dat de waarheid en het waardevolle van het geloof niet met het verstand zijn aan te tonen. Dat is het standpunt van het zgn fideïsme5 (fides is Latijn voor geloof). Jezus leerde geen dogmatiek, hij vertelde gelijkenissen, verrichtte bijzondere handelingen (vergeven, voeten wassen, genezingen) en zo maakte hij iets van God zichtbaar. De bijbel is niet voor niets een boek vol verhalen enz, geen filosofisch handboek. Meer over Fideïsme klik hier
Bijzondere openbaring
De gemeenschappelijke basis voor het geloofsgesprek kan niet zijn:
- de natuurlijke theologie = wat ieder redelijk mens, ook de ongelovige, over God zou kunnen bedenken en weten als hij zijn verstand goed gebruikt.
Want geen mens weet uit zichzelf, van nature, wie of wat God is. Dus hoe zou je over God nog iets meer over kunnen zeggen? - de algemene openbaring = wat ieder mens, ook de ongelovige uit de natuur en de geschiedenis over God zou kunnen afleiden als hij zijn verstand goed gebruikt.
Want de natuur is dubbelzinning en laat bv zowel intelligent als stupid design zien. Wat zegt dit over de Schepper? Is er eigenlijk wel een schepper nodig om de werkelijkheid te verklaren?
En kun je iets opmaken uit de loop van de gebeurtenissen? Is de stichting van de staat Israël een teken van Gods leiding en trouw? Dat Trump de aanslag van 13 juli 2024 overleefde, is dat een teken dat hij door God uitverkoren, voorbestemd is voor de speciale taak die hij zichzelf gesteld heeft?
3x van onderop
1 Gezichtspunt - Geen mens is in staat de dingen 'sub specie aeternitatis' te zien. Het is hoogmoed om te denken dat je met Gods oog de werkelijkheid kunt beoordelen en beschrijven. Gelovigen en theologen kunnen niet zo'n positie boven en buiten alles innemen, behalve in hun verbeelden en speculeren. Het resultaat zegt altijd meer over hunzelf dan over God en de wereld. Gelovigen hebben niet een zweverige blik, maar staan met beide benen op de grond. Ons inzicht is beperkt. We moeten het doen met fragmenten en daar hebben we genoeg aan.
2 Theologie - Denken over God is een menselijke activiteit en dus altijd aards, iets van onderop. Zo zou je natuurlijke theologie en algemene openbaring kunnen zien als menselijke wegen naar God. Toch zagen we dat de theologie die daarmee inzet niet de juiste kan zijn. Ook al omdat ze zodoende God inpast in de mal van wat ze over Hem al denkt te weten. Of waarvoor ze Hem meent nodig te hebben. De menselijke vraag gaat zo het goddelijke antwoord bepalen. Een voorbeeld daarvan is de theologie van Paul Tillich die de Drie-ene God in verband brengt met de drie soorten angst die volgens hem met het mensenlijk bestaan gegeven zijn.
De tegenovergestelde inzet is ook voorgesteld: theologie die begint bij de bijzondere openbaring van God in en door Jezus. Dat is wel een theologie van boven genoemd: Gods weg naar de mensen. Zijn woord wordt niet vervormd door iets dat we bij vooorbaat al van Hem weten of menen nodig te hebben. Zijn eigenheid blijft bewaard, De vraag gaat dan niet het antwoord bepalen, maar de goddelijke openbaring bepaalt de menselijke vraag. Karl Barth heeft geprobeerd zijn theologie op deze manier op te zetten. Hij gaat echter voorbij aan het feit dat het evangelie wat doet met mensen. Het roept ergernis en verzet op bij de Farizeeën en Hogeprieters. Het wekt vreugde, bekering en geloof bij anderen. Het sluit dus wel degelijk aan bij iets van ons mensen. Het kan als relevant herkend worden. Zou dat niet het geval zijn, dan zou het Woord van God als een betekenisloze komeet uit de ruimte op aarde zijn gevallen. Het is zaak openbaring en ervaring bij elkaar te houden. Ze zijn complementair (Berkhof, Christelijk geloof p 4).
3 Geloven - Christenen geloven omdat ze door het evangelie voor God zijn gewonnen. Daar is het mee begonnen en van dat begin komen ze nooit los. Wat christenen in hun doen en laten, in hun voor- en tegenspoed beleven, dat verbinden zij met God. Zij duiden hun ervaringen bv als test, loutering of verleiding. Zij bidden, danken of zwijgen stil enz. In hun hart en geweten zijn ze daar oprecht en zeker over. Toch kan een christen ook twijfelen (ben ik aan het wensdenken?) en zichzelf van alles wijsmaken. Geloof blijft altijd ook iets van beneden, van de mens naar God. Als het erop aankomt kan een gelovige alleen maar hopen en vertrouwen dat God meer is dan een symboolwoord voor zijn diepste gevoelens. Dat er werkelijk een God is die zijn gebed hoort.
Niet verklaren maar interpreteren
Narratieve theologie wil de verhalen, gelijkenissen, psalmen enz recht doen door ze literair te interpreteren. Dat is heel wat anders dan verklaren mbv historisch-kritische methoden. Bij interpreteren is het uitgangspunt dat de tekst een zinvol geheel is. Ook als de auteur bronnen heeft gebruikt, is het niet zijn bedoeling dat zijn lezers zijn werk weer in literaire bronnen uiteen rafelen om vervolgens te zien hoe de schrijver die redactioneel heeft bewerkt en samengevoegd. Afgezien van het feit dat deze benadering maar weinig oplevert dat onomstreden is, heeft het bitter weinig met lezen en interpreteren te maken. Het is een tekstverklaring geven door de ontstaansgeschiedenis te achterhalen. Maar daar ging het de schrijver niet om, en welke lezer is daar nu wel in geïnteresseerd? De gelovige lezer al helemaal niet. Die leest en herleest de Bijbelse verhalen in de hoop dat hij daarin iets van God op het spoor komt. Zingeving: iets dat hem troost in verdriet, aanmoedigt om Jezus te volgen, corrigeert waar het nodig is enz. Daarvoor is niet een training in het gebruik van de historische kritische methoden en een kast vol woordenboeken en commentaren nodig. Kunnen lezen en een paar boeken zijn voldoende: een goede vertaling van de Bijbel, een Bijbels woordenboek en evt een Atlas van de Bijbel. Meer over verklaren en uitleggen: klik hier
-----
1 Tegenwoordig kom je ook steeds vaker de term 'het narratief' tegen in de betekenis van 'visie' of 'zienswijze' (vgl het Engelse 'narrative'). Dat is heel wat anders dan een kleurrijk en verrassend verhaal vertellen. Om misverstanden met narratieve te voorkomen zullen we 'het narratief' niet gebruiken maar spreken van visie, zienswijze, opvatting, beschouwing en grote verhalen.
2 Maar misschien wil iemand dat geen theologie meer noemen.
3 Berkhof (Christelijk geloof, p 1 - 6) noemt de klassieke en Middeleeuwse theologie, de protestantse scholastiek, Schleiermacher eva.
4 Ondertussen heeft ook de geschiedenis wel geleerd dat systemen doorgaans weinig goeds voor mensen betekenen. Het zijn de machthebbers die de religieuze, politieke en economische systemen ontwerpen en dwingend opleggen. Denk bv aan de theologische onderbouwing van de slavernij, de werkkampen van het marxisme, de kwalijke gevolgen voor mens en natuur van het neo-liberalisme enz. Het verhaal van de torenbouw van Babel (Gen 11) is een duidelijke waarschuwing tegen het eenheidsdenken en beknellende, alomvattende systemen.
5 Daartoe worden oa gerekend Pascal, Kierkegaard, Th. de Boer. William James.
Men zou ook Luther daartoe kunnen rekenen die het geloof niet op de menselijke rede bouwt; het geloof is volgens hem sola fide, sola gratia en sola scriptura.
Van kerkvader Tertullianus is de uitspraak 'Wat heeft Jeruzalem met Athene te maken?'. Daarmee bedoelt hij de voorrang van geloof (Jeruzalem) boven de rede (Athene). Aan hem wordt ook de uitspraak 'credo quia absurdum' toegeschreven: ik geloof omdat het dwaas is.
terug
Afkortingen
van de Bijbelboeken > Register (kolom 1) adhv = aan de hand van Afb = Afbeelding aw = aangehaald werk BGT = Bijbel in Gewone Taal BHS = Biblia Hebraica Stuttgartensie (Hebr. OT) bv = bij voorbeeld CGK = Christelijk Gereformeerde Kerk cq = casu quo (bv ik doe kaas cq ham op mijn brood = ik doe kaas op mijn brood of anders ham) DL = Dordtse Leerregels dwz = dat wil zeggen eva = en vele anderen FB = FaceBook GNB - Groot Nieuws Bijbel GNT = Griekse Nieuwe Testament (Nestle-Aland) Gr = Grieks HCat = Heidelbergse Catechismus Hebr = Hebreeuws HKB = Historich Kritische Benadering (of Bijbelonderzoek) HSV = Herziene Staten Vertaling HTB = Het Boek ID = Intelligent Design itt = in tegenstelling tot Lat = Latijn LuV = Lutherse Vertaling LV14 = Leidse Vertaling 1914 LXX = Septuaginta (Grieks OT; 250 - 50 vC) M = Meditatie (bv Mc 1:1M = Meditatie over Mc 1: 1) NA = Nestle-Aland, 27-ste druk (Grieks NT) NB = Naardense Bijbel (P. Oussoren, 2004) NBG = Nederlands Bijbel Genootschap NBG51 = Bijbelvertaling van het NBG (1951) NBV = Nieuwe Bijbel Vertaling (2004) NBV21 = Nieuwe Bijbel Vertaling van het NBG (2021) nC = na Christus NGB = Nederlandse GeloofsBelijdenis NT = Nieuwe of tweede Testament OT = Oude of eerste Testament P = Paulus of de brieven van Paulus p = pagina of pagina's PKN = Protestantse Kerk Nederland PM = Post Modernisme P = Preek (bv Ps 84P = Preek over Psalm 84) Q = Quelle, bron van uitspraken van Jezus resp = respectievelijk (bv A en B reden in resp een Golf en een Astra = A reed in een Golf, B in een Astra) RKK = Rooms Katholieke Kerk SV = Staten Vertaling TeNaCh = Torah+Nebiïm+Chetoebim v = volgende vers (bv Ps 1: 1v = Ps 1: 1 - 2) vC = voor Christus vd = van de vv = volgende verzen (bv Ps 1: 1vv = Ps 1: 1 - 3) WV = Willibrord Vertaling X = Chiasme (kruisstelling) > = zie (bv > 2 betekent zie bij punt 2) // = synoniem parallellisme <> = tegenstelling, ook: antithetisch parallellisme |